Colm 10 dec 2017 (Malawi deel 2)

Een van de kenmerken van Sant’Egidio is vriendschap met de armen. In Amsterdam krijgt dit bijvoorbeeld gestalte in het daklozenrestaurant aan het Waterlooplein of bij de School van Vrede voor de kinderen in een van de armere buurten. Op een wereldwijde schaal betekent vriendschap met de armen ook een bijzondere aandacht voor Afrika, zonder enige twijfel veruit het armste continent van deze aarde. En binnen Afrika is Malawi dan nog een van de armste landen. Daarom heeft de Gemeenschap van Sant’Egidio een bijzondere liefde voor Afrika. Die band is gegroeid door een persoonlijke vriendschap met een bisschop van Mozambique, die vertelde over het lijden van zijn volk door de burgeroorlog. Nadat Sant’Egidio had geholpen om de vrede in Mozambique (oktober 1992) tot stand te brengen, kwam de vraag om te helpen bij de aidsepidemie waardoor miljoenen Afrikanen stierven en nog sterven. De succesvolle aanpak van Sant’Egidio in Mozambique leidde tot het verzoek dit ook in het straatarme buurland Malawi te komen doen. Het leven van Pacem, van Jane en van zovele andere vrouwen vertelt het verhaal in dit land. Zij raakten besmet met het hiv-virus, al bij de geboorte doordat hun moeder de ziekte had, of door een besmetting met bloed of een naald in het ziekenhuis of doordat hun man bij een van zijn avontuurtjes of relaties besmet geraakt was. De besmetting kan jaren verborgen blijven, zeker ook omdat de medische zorg heel gebrekkig is. Bovendien is er heel weinig animo om zich te laten testen aangezien de diagnose ‘aids’ vanwege het taboe tot uitstoting uit de kring van stam, familie en vrienden leidt en zonder geld voor de dure medicijnen feitelijk het doodsvonnis betekent. Sant’Egidio wil(de) dat aidspatiënten in Afrika dezelfde behandeling krijgen als in het westen, en zette daarom het DREAM-project op, dat aan zwangere vrouwen de garantie geeft dat ze in geval van besmetting goede medicijnen en begeleiding en zo nodig aanvullend eten krijgen voor henzelf en voor hun kind(eren). Met de rug tegen de muur zijn de eerste wanhopige vrouwen naar de kliniek gegaan. Met het succes van de vrouwen met wie het hierdoor veel beter ging, en van de kinderen die gezond want onbesmet ter wereld kwamen, werden deze vrouwen de beste ambassadrices van het DREAM-project. Hierdoor durfden steeds meer vrouwen te komen die vreesden besmet te zijn. In de kerk hangt een foto van een deel van onze groep die voor het DREAM Centre zit. Rechts op de foto is Jane te zien, de coördinatrice van de kliniek. Zij is niet alleen de spil in het werk daar maar vooral ook vertrouwenspersoon voor alle patiënten die er binnenkomen. Zij kent immers hun angsten, twijfels en wantrouwen. Ze heeft het zelf ook meegemaakt. (Volgende week deel 3.) pastor Colm Dekker

Dit vind je misschien ook leuk...