Colm 3 dec 2017 (Malawi deel 1)

Adventsactie voor Malawi (1) Van 16-30 juli maakte ik met een groep jongeren van Sant’Egidio uit Antwerpen, Brussel, Amsterdam en Londen een reis naar Malawi, een van de armste landen van Afrika en daarmee van de wereld. Als ik aan het leven daar denk, denk ik aan Violet. Twee keer ben ik bij haar op bezoek geweest. Zij woont in een lemen huis zonder elektriciteit. Er is wel een watertank in de ‘tuin’, en dat is al heel wat in Machinjiri, een grote sloppenwijk van Blantyre. Violet is nu drie jaar en kan niet praten, niet staan en bijna niets zien. Zij heeft het geluk dat ze een lieve moeder heeft die zo goed mogelijk voor haar zorgt en een vader die enorm zijn best doet om het gezin met drie kinderen te onderhouden. Zoals zovelen in Machinjiri hopen zij ooit een echt huis te hebben in plaats van een hut op het terrein van iemand die ietsjes rijker is en bezig is om stukje bij beetje een stenen huis te bouwen. Veel kinderen om hen heen kennen geen vader omdat die hun moeder in de steek gelaten heeft, een proces dat zich vaak herhaalt. Of ze hebben helemaal geen ouders meer omdat die allebei zijn gestorven aan aids. In heel Malawi is zo’n 10% van de bevolking besmet met HIV/aids en in de arme wijken ligt dat percentage zeker hoger. Daar komt nog bij dat Malawi de afgelopen jaren is geteisterd door enorme droogte gevolgd door verschrikkelijke overstromingen, en die hebben de armoede en honger natuurlijk alleen maar doen groeien. In Nederland zouden de ouders van Violet gebruik kunnen maken van allerlei voorzieningen. In Malawi slaapt zij, ondanks haar handicaps, met haar zus en broer op een rieten matje op de grond. Hun kamer van twee bij twee meter is de ene helft van het huis. Gescheiden door een muurtje en een gordijn is de andere helft de slaapplek van de ouders en de opslagplaats voor de weinige bezittingen die ze hebben: wat etenswaar, een paar pannen en misschien wat andere kleren dan die ze nu aanhebben. Wat het misschien nog wel moeilijker maakt, is het gebrek aan scholing. Wat meer hygiëne en wat minder bijgeloof zou al wonderen doen. Nu worden gezondheidsproblemen gemakkelijk toegeschreven aan hekserij, een permanent gevaar voor een gehandicapt meisje als Violet. Wat feitelijk wonderen doet is de jarenlange vriendschap van de Gemeenschap van Sant’Egidio. Zij komen regelmatig op bezoek, knuffelen Violet, helpen de andere kinderen vooruit en ondersteunen moeder om beter voor Violet te kunnen zorgen. Ook hebben ze geregeld dat ze een eerste operatie heeft gehad waardoor het leven voor haar alweer iets fijner wordt, en vooral doorbreken ze het taboe: ze nodigen andere kinderen uit om met Violet te komen spelen en haar vrienden te worden. (Volgende week deel 2.) pastor Colm Dekker

Dit vind je misschien ook leuk...